Vuurtorens in de branding. Eilanden met een zonnig microklimaat. Hoge kliffen en het eeuwig ritme van eb en vloed. Maar ook: kleurige vakwerkhuizen, blauwe luiken aan granieten huizen, historische vestingstadjes en robuuste kastelen. Dat is Bretagne. Ontdek deze regio te voet of op de pedalen. Bretagne is een echt wandel- en fietsparadijs.
Bretagne is een populaire bestemming onder Nederlanders en Vlamingen. Het is er romantisch, ruig en tegelijk heel lieflijk. En het weer valt ook best mee. Daarmee is Bretagne bij uitstek geschikt voor wandelaars en fietsers. In dit artikel nemen we een greep uit de mogelijkheden.
Voor de kust van Bretagne vind je zonnige eilanden, die volop profiteren van de subtropische golfstroom rond de regio. Ze variëren van groot (Belle-Île en Île d’Ouessant) tot klein (Île de Bréhat) en een deel van de eilanden is autovrij. Ideaal dus om deze eilanden te voet of per fiets te ontdekken. Zo kun je Île de Bréhat in een halve dag rondwandelen, net als het iets minder drukke Île de Batz. Île d’Ouessant is daar wat te groot voor, maar dankzij een 'klaverblad' aan rondwandelingen kan je ook dit eiland te voet ontdekken. Belle-Île ('Mooi Eiland') is dan weer een stuk groter en nodigt je juist uit om het per fiets te ontdekken.
Maar ook langs de kust van het Bretonse vasteland is het goed wandelen. Zoals op het schiereiland Cap Sizun in het zuidwesten van Bretagne. Daar wandel je een weergaloos mooie route naar uitkijkpunten als Pointe du Raz en Pointe du Van. Net als in de wat minder bekende regio Loire-Atlantique, in het zuidoosten van Bretagne. Daar maak je bijvoorbeeld vanuit het kleurrijke dorp Mesquer-Quimiac een fijn wandelrondje langs de zee en door het wat ruigere binnenland. En voor wie veel tijd heeft en geen genoeg krijgt van het zeezicht: overal langs de kust is het avontuurlijk en met prachtig uitzicht wandelen op het Douanepad uit de tijd van Napoleon: de GR34.
Bretagne staat bekend om haar fraaie dorpen en stadjes. Zoals Locronan (een geliefde filmlocatie), voormalig zeeroversnest Saint-Malo en het aan een binnenzee gelegen Vannes. Dus maak zeker ook eens een stadswandeling, langs authentieke vakwerkhuizen, kastelen en robuuste burchten. Je hebt er vaak niet eens een routebeschrijving voor nodig; de schilderachtige straatjes rijgen zich moeiteloos aaneen. Opvallend elegante huizen, uit de Belle-Epoque, tref je ten slotte in het stadje Dinard. De leukste manier om die huizen te bewonderen: maak een wandeling over het kustpad. Dan zie je de huizen in hun volle glorie bovenop de rotsen staan.
Het binnenland van de regio Finistère-Nord heeft unieke Bretonse architectuur en beeldhouwkunst te bieden: de enclos paroissiaux, een wat moeilijk te vertalen begrip. Het gaat hierbij om de erven rondom parochies. Een stenen omheining, poort of boog, knekelhuis, grafkapel, kerk en kruisberg (calvaire) tonen de pracht en praal van het rijke Roomse Bretagne uit de 16de en 17de eeuw. Soms is zo'n parochie-erf zelfs groter dan het dorp eromheen! Tijdens een fiets- of autotocht door het binnenland bezoek je enkele bijzondere ‘omheinde parochie-erven’ en kijk je en passant uit op de hoogste toppen van Bretagne.
Terug naar overzicht